Nou, de beginsituatie was makkelijk vast te stellen en kan worden omschreven als: niet bestaand. De kinders uit mijn klas hebben nog nooit Engels gehad, dit wordt op het moment enkel in groep 6/7/8 gegeven, en bij de kleuters. Blijkbaar mag elke leerkracht dat voor zichzelf bepalen? Vreemde situatie, maar ik kom er inmiddels achter dat er meer dingen zijn op mijn stageschool waar ik wat vraagtekens bij heb.
Ik heb ter sprake gebracht dat ik wel lessen Engels dien te geven volgend kwartaal, er is afgesproken dat ik dat samen met mijn medestudent van de voltijd, Anke, ga doen, in haar groep 6. Dit vind ik wel ontzettend jammer, ik heb een leuke groep en ik vind het heerlijk om ze les te geven, ik merk dat ik ook goed bij hen lig. Ze zouden er volgens mij ook baat bij hebben, maar mijn mentor en de stagecoördinator zijn het erover eens dat het geen enkele zin heeft twee losse lessen Engels te geven, en de rest van het jaar niks meer. Daar ben ik het niet volledig mee eens, al leren ze maar enkele woorden, dan is dat toch al winst? En ik moet ten slotte ook twee lessen dans gaan geven deze periode, dat wordt ook niet elke week gedaan. Maar goed, ik schik me en geef het dan dus maar aan de andere groep.
Dan kom ik bij mijn leerdoelen voor deze periode. Wat weet ik van het geven van Engels? Nada. Dus ”Let’s start at the very beginning, a very good place to start” (nee hoor, heb geen Sound of Music gekeken met mijn oma dit weekend, hoe kom je erbij?).
Leerdoel 1: wat moet je weten voor het geven van Engels, waar let je op? Wat moet mijn kennis zijn voor ik het aan kinderen kan geven? Hoe bouw je een les op, wat behandel je? Spreek je Engels, Nederlands, een combinatie?
Lekker ruim, ik weet het, maar hier ben ik de komende 6 weken wel mee zoet!
Ik heb ter sprake gebracht dat ik wel lessen Engels dien te geven volgend kwartaal, er is afgesproken dat ik dat samen met mijn medestudent van de voltijd, Anke, ga doen, in haar groep 6. Dit vind ik wel ontzettend jammer, ik heb een leuke groep en ik vind het heerlijk om ze les te geven, ik merk dat ik ook goed bij hen lig. Ze zouden er volgens mij ook baat bij hebben, maar mijn mentor en de stagecoördinator zijn het erover eens dat het geen enkele zin heeft twee losse lessen Engels te geven, en de rest van het jaar niks meer. Daar ben ik het niet volledig mee eens, al leren ze maar enkele woorden, dan is dat toch al winst? En ik moet ten slotte ook twee lessen dans gaan geven deze periode, dat wordt ook niet elke week gedaan. Maar goed, ik schik me en geef het dan dus maar aan de andere groep.
Dan kom ik bij mijn leerdoelen voor deze periode. Wat weet ik van het geven van Engels? Nada. Dus ”Let’s start at the very beginning, a very good place to start” (nee hoor, heb geen Sound of Music gekeken met mijn oma dit weekend, hoe kom je erbij?).
Leerdoel 1: wat moet je weten voor het geven van Engels, waar let je op? Wat moet mijn kennis zijn voor ik het aan kinderen kan geven? Hoe bouw je een les op, wat behandel je? Spreek je Engels, Nederlands, een combinatie?
Lekker ruim, ik weet het, maar hier ben ik de komende 6 weken wel mee zoet!